Terug naar overzicht

Delirium, november 2013

tww november 2013
Door: Peter Hompe

Snob

Ik heb het eindelijk gedaan. Ik was het dan ook helemaal zat. Dat gezeik over bezoeken aan wijngaarden enzo. Ik heb dus een stuk grond gekocht in Frankrijk. Erop een oude boerderij met een paar mooie oude stallen erbij. Ideaal. Het ligt midden in de mooie wijnstreek Rousillon en dus relatief dichtbij de grens met Spanje. Hier is hier prachtig en heeft hier of daar wel wat weg van de Grand Canyon. Het stuk land ligt tussen wat wijngaarden in, maar ik verbouw natuurlijk geen druiven. Ik heb prachtige grond waarop gerst en wat tarwe fantastisch groeit. Na mijn les over hopplanten (zie mijn stukje van vorige maand) heb ik het ook aangedurfd om hop te planten. Ik heb er drie soorten neergezet.

Waar is dit alles nou mee begonnen? Wel, je hoort steeds verhalen van die omhoog gevallen types die niet alleen dure wijnen drinken, maar dan ook de wijngaarden gaan bezoeken. Of dáár wat te beleven valt. Voor hen is het een walhalla. Maar… als die gasten daar naar toe gaan, dan is er ook markt voor… juist! een authentieke brouwerij, waarbij het lijkt of ie er al jaren staat en waar alles nog met de hand gebeurt.

Ik heb dus oude apparatuur gekocht en dat is af en toe wel sleutelen hoor. Neem die bottellijn. Jee, wat een mechanica. Als het loopt, dan loopt het, maar voordat… In mijn brouwerij wordt dus zoveel mogelijk met de hand gedaan. Kleine hoeveelheden in een laag tempo. Kun je het proces goed volgen. Ik werk samen met een paar kleine reisburootjes die reizen naar deze streek organiseren. Die organiseren dus al reizen voor deze wijnnerds. Volledig verzorgd wijn snuiven. Ik sta nu bij deze buro’s bekend als een ‘bier alternatief’ in dezelfde streek. Mijn brouwerij wordt nu dus in één adem genoemd met die ‘fantastische’ wijngaarden. Dat lijkt goed aan te komen, want het wordt drukker en drukker. Wat ik te bieden heb is uniek.  En… hands on hè. Ik kan de mensen het gevoel geven dat ze wéten hoe bier wordt gemaakt. Dat ze de volgende dag niet alleen een kater hebben, maar ook pijn in hun rug van het brouwen!

De mensen die komen worden niet teleurgesteld: ik heb een heel programma voor ze opgesteld. Eerst gaan we de grondstoffen bekijken. Nou er is behoorlijk wat graan te zien. Dus we lopen daar lekker langs en soms een beetje doorheen. Worden ze lekker moe (lees dorstig) van. Je ziet de mensen genieten. Ze raken de granen aan met hun handen en op hun gezichten komt al snel een blik op van goddelijke extase. Dan heb ik ook, voor het uitstapje, een kleine mouterij opgezet. Daar wordt inderdaad wat graan ontkiemd op de ouderwetse manier. Je kent het wel: omscheppen van het graan met van die oude houten werktuigen op zo'n mooie houten zoldervloer. Tuurlijk komt mijn mout daar niet vandaan, maar dat weet de bezoeker niet! Ik pak dan zo’n werktuig, leg ze uit hoe daar het graan mee gekeerd wordt en laat het ze zelf doen. Als ze willen, leggen we het zelfs vast op DVD. Kunnen ze thuis laten zien wat ze gedaan hebben.

Daarna laten we zien hoe we de ontkiemde granen tot mout omvormen boven een vuur en welke mouten we maken. Die kun je dan al laten proeven en ik zweer je, d’r zijn er bij die er een mond vol van wegstouwen. Waar láten ze het?

Dan gaan we verder naar de hopvelden. Indrukwekkend natuurlijk, maar eigenlijk alleen in augustus en september. Zoals ik al zei, verbouw ik er drie soorten hop. Er is veel te weinig om echt mee te brouwen, maar je kunt iets laten zien, voelen en ruiken. Mooi man! Ze slikken het, terwijl ik mijn brouwhop ergens anders vandaan haal. Op een wolk loopt mijn groep achter me aan.

Daarna laten ik het brouwproces zien. Dan zien ze wáár die mouten en hop heen gaan. Ik ben aan het kijken of ik iets kan doen met het plattrappen van mout, maar dat valt om de dooie donder niet mee. Zou leuk zijn want zo’n stel yuppen met blote voeten op mout, lijkt me fantastisch om te zien en vast te leggen natuurlijk. We laten ze dus zelf wat mout schroten, je weet wel… met zo’n oostblok handmolentje. Daarna mogen ze het in de beslagketel gooien en water toevoegen. Als kinderen, zo blij! We laten ze nog een stage verwarmen meemaken en dan gaan we weer door.

Het spoelproces doen we dan in aparte ruimte. Hier staat gewoon altijd een ketel met mout op water. Warm water. Als de groep dan komt, gaan we beginnen met spoelen. Ja kijk, dat is natuurlijk niet waar mijn bier van gemaakt wordt, maar je kunt laten zien dat de afgetapte wort een kleur heeft en laten proeven dat ie zoet is. Met deze ‘wort’ kunnen we dan ook meteen het kookproces en het toevoegen van de hop laten ervaren.

En dan heb ik ook nog een superattractie: het koelschip. Ik heb daar in de buurt bij zo’n oude boer een hartstikke mooi koelschip gevonden en overgenomen. Hoe hij daar aan is gekomen, bleef vaag, maar duidelijk was dat-ie geen idee had van de huidige koperprijzen. Ik ben er echt voor een prikkie aan gekomen. Dat koelschip staat nu netjes onder het oude pannendak van één van de stallen. Net als je wel ziet in oude brouwerijtjes (in Brussel Cantillon bijvoorbeeld). Je kijkt tegen de onderkant van de pannetjes aan en aangezien het een echt oud dak is, zijn er inderdaad ook spinnetjes te vinden. En die hangen daar aan hun spinnedraadjes boven de afkoelende wort. Hele webben hangen er. Gruwen natuurlijk. Heerlijk!

Ik laat ze vervolgens ook nog even zien hoe bier in de flesjes terecht komt en hoe er dan een dopje op zo’n flesje komt. Ik heb daartoe speciaal een stel 33cc flesjes staan en daarbij een aantal hand kroonkurkpersen. Het is de bedoeling dat de bezoeker dit zelf, al dan niet met hulp uit de groep, gaat proberen. Ik doe er één voor en dan gaan zij hun gang. Dat kost vaak een aantal flesjes maar wat een lol. Wat een ervaring.

Dan gaan we de proeverij doen. Ik maak momenteel een blond, tripel, IPA, een zwaar kruidenbier en een Champagne wit. Meestal schenken we drie biertjes in van die kleine 125cc glaasjes. Eigenlijk zit hier altijd wel een glaasje van dat zware bier (8,5%) bij. Dat vinden ze lekker. Na afloop biedt ik de mensen van die bierpakketten aan. Alle vijf dezelfde bieren, vijf verschillende bieren, of gewoon losse flesjes. Loopt goed. De meesten willen dan toch ook nog wat voor thuis, of voor op de camping hebben. Ik heb ook een eigen barretje gemaakt én ik heb vergunning om bier te schenken. Na de proeverij kunnen we dus gewoon even in dit ‘kleine cafeetje’ binnen lopen. Uiteraard vallen de kosten van déze versnaperingen niet onder het bezoek en valt hier nog een leuke cent aan te verdienen.

Al met al ben ik niet ontevreden. Er komen steeds grotere groepen en ook de frequentie wordt hoger. Blijkt dat je toch nog een leuke boterham kunt verdienen aan die snobs!

Peter

Terug naar overzicht