Terug naar overzicht

Engels (streek)bier

tww augustus 2017
Door: Jean-Pierre Bylard

In een van mijn wat oudere boeken over het Engelse landleven trof ik onverwachts een recept aan (nou ja ‘recept’) voor het maken van bier. Het recept en de handelwijzen waren op z’n JBF’s, ofwel op z’n Jan-Boeren-Fluitjes. Gewerkt werd er met houten tonnen en -kranen die je ná het schrobben maar buiten moest zetten om ze daarmee, door zon en wind, helemaal gezuiverd te krijgen van schadelijke organismen.

Omdat dit ‘recept’ ons intrigeerde hebben we eraan gewerkt. We hebben e.e.a. moeten omwerken naar de hier en nu geldende maten en gewichten en zelf achter hop- en gistsoort moeten zien te komen. DAAROM: GEEF JE COMMENTAAR OP WAT HIERNA VOLGT

Recept voor ca. 10 liter Engels streekbier

Op de avond, om ca. 23.00 uur, verwarm ik 16 liter. (ik brouw zònder apart te spoelen) water tot 70°C en stort daarin 2,5 kg. geschrote mout. Er werd geen moutsoort genoemd, dus ik ben maar uitgegaan van Pale Alemout. Het is per slot van rekening een Engels recept. Het beslag maken en na de temperatuur en de pH-controle (hè, pH-controle?) de maischketel voor de nacht in een hooikist of iets dergelijks plaatsen.

De volgende ochtend moest er gefilterd worden met een bosje stro voor de uitstroomkraan. Ik heb er maar van gemaakt: weer verwarmen tot 70°C en hevelen met een hevelfilter.

Het verkregen wort koken gedurende 75 minuten en bij het koken de hop erin. Geen soort hop werd genoemd en ook de hoeveelheid was niet duidelijk. Ik koos voor 50 gram Fuggles (daar had ik nog relatief veel van) met kooktijden: 30 g. 75 min, 10 g. 15 min, 10 g. 5 minuten. (Gespiekt in de recepten database).

Het koelen van het wort zou moeten geschieden door een (aan de buitenkant) schone metalen emmer met koud water in het hete wort te laten zakken. Daar kies ik maar niet voor. Ik gebruik liever mijn platenkoeler.

Het wort in het gistvat, gist (een Ale gist) erbij en 3 dagen in open gisting laten staan. Natuurlijk wèl het gistvat afdekken met bijvoorbeeld een kaasdoek. Na die drie dagen de drijvende gist er vanaf scheppen en nog eens 5 tot 8 dagen verder laten gisten. Die tweede gisting laat ik in een gistfles gebeuren. Bottelsuiker wordt niet gebruikt maar het laatste restje gisting moet ook de gisting in het flesje verzorgen. Die gok waag ik maar.

Misschien halveren we de mout en hop hoeveelheden nog. Wanneer het een wat ‘saai’ biertje wordt, dan hebben we niet veel verspeeld.

NOGMAALS: GEEF JE COMMENTAAR.

Als ‘toetje’ kon je van dit bier ook nog whisky maken! Eigenlijk is dat wel héél simpel.

Vul je brouwketel voor de helft met je bier en laat hierin een schone pan drijven. Zet deze op het vuur. Dek de ketel af met een omgekeerd deksel dan kan straks de damp tegen de deksel condenseren. Et voila ! whisky. Niks voor-loop, midden-loop, na-loop en nauwkeurige temperaturen.

Dit leek me toch té simpel en te gevaarlijk (methylalcohol). Het grote voordeel was, volgens de schrijver, dat een eventueel controlerende instantie alleen een brave huisvader aantrof die zijn bier opwarmde.

Jean-Pierre Bylard en Koen Kuipers.

Terug naar overzicht