Terug naar overzicht

Bij de brouwketel van... Frank Huitema!

tww december 2014
Door: Jan Wurpel

SchrotenHet is zaterdagochtend na de clubavond als ik aankom in de grote schuur van de familie Van Duijvenvoorde. Het gonst er al van de activiteiten. Mannen en vrouwen die ingrediënten verzamelen die door Stefan en Wim worden afgewogen en uitgedeeld, schrootmolens die al draaien, mensen die hun recept bestuderen, het opzetten van allerlei soorten brouwinstallaties, en ja, uit sommige ketels ontsnapt er al waterdamp. ‘It giet oan’ (het is begonnen) zoals men dat in Friesland zegt als de eerste schaatsers aan de Elfstedentocht beginnen. Nu, zo’n sfeertje proefde ik ook even na negen uur toen ik binnen kwam. Ik was er niet gekomen om te brouwen. Nee, ik zou foto’s maken en iemand van de brouwers volgen bij diens verrichtingen tijdens het brouwen. Ik had Frank Huitema op de clubavond van 28 november als gevraagd of hij hieraan zijn medewerking wilde verlenen. Zo het werd dus Frank die op het moment dat ik arriveerde net zou gaan schroten.

Frank is 39 jaar oud, getrouwd en vader van twee kinderen. Op mijn vraag hoe hij tot het brouwen gekomen was antwoordde hij dat hij geïnteresseerd was in het technisch proeven van bieren. Om dit te ondersteunen wilde hij ook wel eens weten hoe het brouwproces in elkaar steekt. Maar het brouwen van bier was in eerste instantie niet zijn hoofddoel. Hij heeft in het vroege voorjaar van 2011 een cursus bierbrouwen bij 't Wort Wat gevolgd en is sinds die tijd ook lid van onze vereniging. Inmiddels is Frank de temperatuur van zijn beslag aan het meten tijdens het opwarmen van de maisch. “Maar het brouwen leek toch heel leuk te zijn, en ik ben het tot heden blijven doen”, zo vervolgt Frank zijn verhaal.

Bij de brouwketel van... Frank HuitemaVandaag wordt er een ‘Black IPA’ gebrouwen en Frank loopt nu even weg om de donkere Carafamout te gaan schroten. De ketel met zo'n 12 liter maisch zit in de hooikist. Frank splitst de hoeveelheid Carafamout in twee delen. Een derde voegt hij toe bij de ruststap van 72 °C. Twee derde wordt pas toegevoegd bij de stap van 78 °C. Bij deze mout gaat het enkel om de kleuring van het bier. Hierna prepareert Frank zijn hevelfilter voor gebruik. Hij heeft het hevelfilter zelf gemaakt. Van zacht uitgegloeid koperen pijp heeft hij dit filter vervaardigd. Spiraalsgewijs is het gebogen en middels een koppelstuk ietwat rond naar boven afgewerkt om er een slang aan te kunnen bevestigen. Hij heeft met een fijne haakse slijper er sleuven in geslepen. Een simpel maar effectief filter. Hoewel je het wel goed moet schoonmaken, want door het slijpen bevinden er zich nog wel wat bramen binnen in de pijp, aldus Frank.Dan pakt Frank een grijze geëmailleerde pan en begint met het vullen met water om zijn spoelwater te gaan maken. Ik vraag hem of hij thuis ook brouwt en of hij dan gebruik maakt van dezelfde installatie. “Ja,” antwoordt Frank. “Ik brouw thuis met deze installatie in de keuken. Groter kan ik het daarom niet maken. Maar het gaat mij niet zozeer om de hoeveelheid bier die ik maak, maar meer om de kwaliteit en de verscheidenheid van de bieren die ik maak. Ik brouw enkel maar in het winter seizoen en dan ongeveer drie keer een bier bij mij thuis en twee keer op een gezamenlijke brouwdag. Voordeel van het brouwen van kleinere hoeveelheden met een kleine installatie is dat je heel flexibel bent in het kiezen van plaats waar je brouwt.”

Het spoelwater wordt geroerd en van wat fosforzuur voorzien. “Ik zuur altijd aan”, vertrouwt Frank mij toe. Na gebruik te hebben gemaakt van twee stripjes, waarmee de pH waarde kan worden afgelezen, blijkt het spoelwater de juiste zuurgraad en temperatuur te hebben. Dan verdwijn de ketel met spoelwater in een grote stevige hoge kartonnen doos. Ik frons mijn wenkbrauwen (het moet toch iets met brouwen te maken hebben) en denk: “Waarom gaat het spoelwater in een doos?” Zoals blijkt heb ik het goed gezien. Een mooie hoge grote doos, maar dan wel van binnen bekleed met isolatiemateriaal en inwendig afsluitbaar met een houten deksel, ook geïsoleerd uitgevoerd. Je moet er maar opkomen! Heel simpel te maken en voor dit formaat brouwen heel praktisch.

Rond de ketel van Jim WarmerdamIk loop nog een rondje om wat foto’s te maken en zie daar Jim Warmerdam aan het brouwen. Een grote professionele ketel op krachtstroom, allerlei pompen, kranen, meetapparatuur, PLC, een telefoon, om misschien wel met te bellen, en allerlei snoeren en voelers. Jim ligt dan weer op zijn knieën en dan springt hij weer regelmatig om de ketel heen, draaiend aan kranen om het proces de baas te blijven. Een open hart operatie is hierbij vergeleken nog een simpele vertoning. Ik weet niet of het Jim gelukt is om er een mooi bier van te maken. Maar zoals onze voorzitter het altijd verwoordt, “het geeft niet hoe je het doet, het wordt altijd wel bier.”

Goed, terug bij Frank: hij begint zijn maisch te onderwerpen aan de jodiumproef. Deze pakt goed uit, en hij kan door naar de 78 ºC. Deze temperatuur wordt al spoedig bereikt en nu gaat ook tweede deel van de Carafa mout in het beslag voor een rust van zo’n vijf minuten, waarbij het hevelfilter al in de ketel gepositioneerd is. Als de vijf minuten verstreken zijn komt het moment van ‘doet ie het, of doet ie het niet’.

Hevelfilter van Frank Huitema

Frank zuigt het hevelfiter aan en al spoedig loopt er bijna zwarte wort de kookketel in. Nu, niet direct de kookketel in. In de kookketel staat een behoorlijk grote plastic maatbeker waarin het eerste verkregen wort loopt. Als deze maatbeker bijna vol zit, wordt de slang verlegd en stroomt het nu helder geworden wort de kookketel in. Het eerst verkregen wort, dat in de maatbeker was opgevangen, wordt terug gevoerd in de maischketel. Nu bevestigt Frank een plastic deksel die voorzien is van allerlei gaatje boven aan de maischketel. Hier overheen wordt het spoelwater uitgeschonken, zodat dit mooi verdeeld over het oppervlak van de maisch terecht komt. Dit spoelen gaat zo een tijdje door, tot het laatste spoelwater over de natte bostel gestrooid is. En als er geen wort meer door de slang komt is het proces van hevelen ten einde. Het wort wordt aan de kook gebracht. Wat er overblijft is de maischketel met daarin de bostel. Omdat de donkere Carafamout het laatst is toegevoegd, enkel om te trekken, ligt deze nog boven op de bostel. Het heeft het aanzien van vulkaanlandschap vlak na een eruptie. Maar goed, Frank moet er toch vanaf en de bostel wordt in de daarvoor klaar staande kruiwagens gegooid. Pan afwassen, ene pan in de andere geschoven en dit geheel weer in die praktische hooikist. Het geheel wordt dan in de auto geplaatst en dat scheelt weer werkruimte. Inmiddels hoor ik bij de cursisten al de eerste flesjes bier geopend worden. Er wordt geproefd en beschreven welke smaakindrukken er worden opgedaan.

Afvoeren van bostel tijdens de brouwdagenTerug bij de kookketel zien we de damp al opstijgen. Het wort kookt inmiddels en de eerste hopgift wordt toegevoegd. We praten nog wat, ik loop nog een rondje om wat foto’s te maken, als daarna nog twee keer een hopgift aan het kokende wort wordt toegevoegd. Na dik een uur koken wordt het tijd om te kijken of er geheveld en gekoeld kan worden. Dit blijkt het geval. Dankzij de sterk verbeterde verdeling van waterpunten, kunnen nu meerdere brouwers tegelijk koelen. Nu, daar staat inmiddels het resultaat in een mooi wit vat met oranje deksel klaar om mee naar huis te gaan. Wordt het ook een koninklijk bier? Afwachten maar!

Samengevat: Frank brouwt met een simpele kleine installatie. Flexibiliteit met betrekking tot de plaats waar gebrouwen kan worden is voor Frank belangrijk. De brouwactiviteiten van Frank vinden hoofdzakelijk in de wintermaanden plaats. Het gaat niet zozeer om grote hoeveelheden bier, maar meer om kwaliteit en verscheidenheid. Met uiterst simpele materialen is het mogelijk om een goed bier te brouwen. De Hooikist versie 1.0 was hiervan een mooi voorbeeld. Een leuke ervaring!

Frank, bedankt dat je me hebt meegenomen in je activiteiten om te komen tot deze Black IPA.

Terug naar overzicht