Terug naar overzicht

De geschiedenis van het bier: Nederland

tww december 1996

In Nederland was het brouwen al vrij snel ingeburgerd. In akten zijn aanwijzingen gevonden dat er al in de 11 e eeuw gruitrecht werd geheven en de kans is groot dat er daarvoor ook al activiteit was op bierbrouwgebied. Vanaf 1819 zijn er betrouwbare cijfers: in dat jaar waren er maar liefst 678 brouwerijen. Daarvoor waren het er waarschijnlijk veel meer. Er waren zelfs enkele steden die meer dan 100 brouwerijen hadden. Het bier was destijds ook nog sterk regionaal gebonden, er was bijvoorbeeld Goudse Kuyt, Dortse Iserelbier en Haarlemmer Jopenbier.

In 1822 werd er accijns geheven op de grootte van de brouwkuip, waardoor vooral het aantal kleine brouwerijen afnam. In 1850 nam de welvaart toe, waardoor de vraag naar bier steeg, maar er werd steeds meer 'Beiersch' bier gedronken. Dit was bier van lage gisting, dus waren er bij het brouwproces nu ijsmachines nodig. Dit vereiste forse investeringen en in 1858 was het aantal brouwerijen teruggelopen tot 466. In 1847 was brouwerij 'de Beiersche Kuip' in Groningen de eerste brouwerij die ondergistend bier ging brouwen en andere brouwerijen volgden al gauw. In 1867 en 1871 gaven veranderingen in de accijnswetgeving nieuwe impulsen aan de brouwwereld en het aantal brouwerijen was in 1900 al opgelopen tot 505. Maar in de periode van de Eerste Wereldoorlog waren er nauwelijks goede grondstoffen te krijgen en de concurrentie van andere dranken zoals jenever, koffie en thee werd steeds groter. In 1930 kende ons land nog maar 148 brouwerijen. Een aantal dat in de Tweede Wereldoorlog sterk afnam en na 1945 door accijns, samenvoegingen, verdere industrialisatie en smaakvervlakking zelfs werd teruggebracht tot 21.

In 1949 startte het Centraal Brouwerij Kantoor de actie 'het bier is weer best' , Een actie met in eerste instantie weinig succes, maar uiteindelijk begonnen de Nederlanders toch weer bier te drinken. Het duurde tot 1979 voordat het speciaalbier weer enigszins in beeld kwam. In dat jaar werd brouwerij' de Schaapskooi' zelfstandig en een jaar later werd PINT opgericht. Een echte vlucht nam het speciaalbier echter pas nadat de Arcense bierbrouwerij via distributeur 'de Kikvorsch' een groot deel van de bierdrinkers kon bereiken met zijn speciaalbieren. Sinds 1981 is het aandeel van het speciaalbier dan ook gegroeid van 1 % toen tot 8% nu. Ook het aantal brouwerijen en het de diversiteit aan biersoorten zijn vooral de laatste tijd enorm toegenomen, en zoals het er nu naar uitziet zal deze trend nog wel even doorzetten.

Michiel Pekelharing

Terug naar overzicht